Eindtermen
Hieronder volgt een overzicht van enkele eindtermen waaraan kan gewerkt worden met animatie.
Muzische vormingBeeld1.2 kunnen door kijken
en zien (visueel) impressies opdoen, verwerken en erover praten.
1.3 kunnen beeldinformatie herkennen, begrijpen, interpreteren en er kritisch tegenover staan. *1.4 kunnen plezier en voldoening vinden in het beeldend vormgeven en genieten van wat beeldend is vormgegeven. 1.5 kunnen beeldende problemen oplossen, technieken toepassen en gereedschappen en materialen hanteren om beeldend vorm te geven op een manier die hen voldoet. 1.6 kunnen tactiele, visuele impressies, ervaringen, gevoelens en fantasieën op een beeldende manier weergeven. Media5.1 kunnen
beeldsignalen waarnemen zodat men opvallend goede en minder geslaagde dingen
kan doorzoeken en herkennen.
5.2 kunnen ervaren dat een visueel beeld al dan niet vergezeld van een nieuw geluid een nieuwe werkelijkheid kan oproepen. 5.3 kunnen de verschillende soorten eenvoudige hedendaagse audiovisuele opnamen en weergavetoestellen aanwijzen, benoemen en creatief bedienen. 5.4 kunnen een eigen audiovisuele taal gebruiken en het massale audiovisuele aanbod een relativerende plaats toekennen. 5.5 kunnen eenvoudige, audiovisuele informatie uit de eigen belevingswereld herkennen, onderzoeken en vergelijken. 6.1* kunnen blijvend nieuwe dingen uit hun omgeving ontdekken. 6.2* kunnen zonder vooroordelen naar kunst kijken en luisteren. 6.3* kunnen genieten van het muzisch handelen waardoor hun expressiemogelijkheden verruimen. 6.4* kunnen vertrouwen op hun eigen expressiemogelijkheden en durven hun creatieve uitingen tonen. 6.5* kunnen respect betonen voor uitingen van leeftijdsgenoten, behorend tot eigen en ander culturen. |
Sociale vaardighedenRelatiewijzen1.2 kunnen in omgang
met anderen respect en waardering opbrengen.
1.3 kunnen zorg opbrengen voor iets of iemand anders. 1.4 kunnen hulp vragen en zich laten helpen. 1.5 kunnen bij groepstaken leiding geven en onder leiding van een medeleerling meewerken. 1.6 kunnen kritisch zijn en een eigen mening formuleren. 1.9 kunnen ongelijk of onmacht toegeven, kritiek beluisteren en eruit leren. Gespreksconventies2. kunnen in
functionele situaties een aantal verbale en niet-verbale gespreksconventies
naleven.
Samenwerken3. kunnen samenwerken
met anderen, zonder onderscheid van sociale achtergrond, geslacht of etnische
origine.
|